onbegrijpelijkOnze rechtstaal is moeilijk, formeel, abstract, voor veel mensen onbegrijpelijk en dus ondemocratisch. Dit soort kritiek op de taal van juristen is niet nieuw en niét onterecht. Bovendien evolueert die rechtstaal erg traag. Daar zijn weliswaar begrijpelijke maar weerlegbare argumenten voor. Dat blijkt althans uit recente gesprekken met twee pleitbezorgers van begrijpelijke, toegankelijke rechtstaal. De ene is de Nederlander Wessel Visser, directeur van BureauTaal, een adviesbureau voor eenvoudig Nederlands. De andere is Karl Hendrickx, genoegzaam bekend als auteur van juridische schrijftips in deze krant, in het dagelijkse leven taaladviseur bij het Rekenhof en docent rechtstaalbeheersing aan de universiteit van Antwerpen.

Ondanks hun verschillend profiel streven de Nederlandse ondernemer en de Vlaamse academicus één gemeenschappelijk, hoger doel na: juridische teksten beter, begrijpelijker en toegankelijker maken.

De Juristenkrant trok achtereenvolgens naar Nederland en Brussel voor een helder gesprek over zin en onzin van complexe rechtstaal.

Dit is de inleiding van het artikel dat ik in september 2013 schreef voor de Juristenkrant. De bevindingen van de geïnterviewden zijn vaak verrassend, altijd verfrissend. En ze tonen aan dat een toegankelijke, eigentijdse schrijfstijl wel degelijk het verschil maakt. De Juristenkrant is een uitgave van Kluwer. Abonneren kan op shop.kluwer.be/juri-jo

Share This